Strontrace 2012, Door Simon
Strontrace 2012, voor in de nieuwsbrief.
De strontrace 2012. Het beloofde een epische gebeurtenis te worden. Er was hard getraind, zowel aan boord in de speciale trainingsweekenden met Bernard en Martijn als trainer, als thuis en in de fitnessruimte of sporthal. We hadden alles goed voorbereid, alles was al zaterdag af en klaar voor de wedstrijd. Wat eigenlijk weinig rust gaf omdat iedereen om ons heen nog hard aan het klussen was, wat je toch op de zenuwen gaat werken. Maar het kluslijstje was oneindig vaak doorlopen en alles was gereed!
Maar maandag ochtend werd al gauw duidelijk dat de wind, zo mogelijk, nog minder was dan voorspeld. Er was geen wind. In plaats daarvan was er mist, zoveel mist dat de start misschien wel uitgesteld zou moeten worden. Buiten ’t sol lag een bootje van de kustwacht en we zouden pas uit mogen varen als het zicht minimaal 200(?) meter was. Maar gelukkig was men van mening dat er inderdaad genoeg zicht was en kon de wedstrijd van start gaan!
De start is altijd een vreselijke gebeurtenis. Iedereen heeft hulp van de wal en doet zijn best dit zo goed mogelijk te misbruiken door een enorme jaagploeg aan wal te hebben, en is dan ook in overtuiging dat het zeker een aantal schepen in zou moeten kunnen halen. Zo ook wij. Het plan was om de mast te strijken, zodat we binnendoor zouden kunnen oplopen zonder dat het opgelopen schip de lijnen los moest gooien, wat dat doen ze dan toch weer te laat en dat is alleen maar moeilijk. Maarja, zoals ik al zei, we waren niet de enigen. Daarbij waren de regels over het inhalen van een jagend schip anders dan we hadden verwacht. Kortom, een enorme chaos, veel gescheld geroep en gestress. Gelukkig is alles heel gebleven en we hebben er niets op verloren. Sterker nog, dankzij de fanatieke jaagploeg die nog over het dammetje door bleef jagen hebben we in de uitgang van het sol nog wat ingehaald!
Tsja, dan kom je het IJsselmeer op.. Zonder wind, in de mist. Een beetje bomen dan maar? Het is immers een wedstrijd.. Maarja, je kan toch moeilijk het hele eind naar Enkhuizen of Lelystad gaan bomen. Gelukkig kwam er al snel een briesje en konden de bomen weer uit het water. Pal voor een zeer miniem windje door een spiegelglad IJsselmeer met de beurtveer vlak achter ons en de strontschepen om ons heen, af en toe wel zichtbaar maar vooral verborgen in de mist.
De eerste fout hebben we al snel gemaakt. In de mist navigeren is natuurlijk best een uitdaging, en we wilden er zeker van zijn Stavoren niet te missen. Dan denk je steeds weer: hm, zouden we er niet al moeten zijn? We maken toch zeker wel 2 knopen sinds zo laat en dan die koers en dan hm hm.. Naja, voor de zekerheid nog een 5 graden zuidelijker? Dan missen we het in elk geval niet. Naja dat deden we ook niet. Opeens kwam er een dijk uit de mist oprijzen. Eerst natuurlijk even kijken, he is dat een dijk? Een wolk? Trekt de mist op? Nee wacht, het is de dijk en we gaan er recht op af. Snel snel oploeven, is het bezeild met de halfwinder? Nee, ja, nee, net niet? Dus die ook maar snel gestreken om even aan de wind te kunnen. Ondertussen natuurlijk balen en proberen uit te vinden hoever we dan wel niet van Stavoren zijn. Gelukkig voor onze gemoedsrust deed de Engelina Smeltekop precies het zelfde. Ze verschenen uit de mist om pal voor de wind op de dijk af te gaan, om vervolgens, net als wij, op te loeven. We lagen in elk geval geen laatste en we waren ook niet de enige die deze fout hadden gemaakt!
We besloten over Lelystad te zeilen, een keuze gebaseerd op enerzijds het feit dat we, om te winnen, toch een zeker risico zouden moeten nemen. En anderzijds op berekeningen met brugtijden, wind voorspellingen en dat soort zaken. De reis naar Lelystad verliep eigenlijk heel voorspoedig. Met de halfwinder afwisselend te loevert en aan lij ging het ook nog best redelijk snel. En het was zeer ontspannen, zoals Jesper hier laat zien! De eerst moeilijkheden kwamen pas weer bij de aanloop naar Lelystad. Het bleek erg moeilijk om de lichtlijn te vinden, we waren dan ook wel een beetje gehandicapt. Nachtblind, kleurenblind, beide of gewoon moe. Maar het is eigenlijk niet fout gegaan, en we zijn ook nauwelijks omgevaren. In de sluis lagen we samen met de Maria van de zware stront, en de Engelina Smeltekop. Een goede motivatie, we hadden verwacht dat zulk een racemachine al vele mijlen bij ons weg gelopen zou zijn.
Het stuk naar Amsterdam was eigenlijk grotendeels hetzelfde. Twee man aan dek, rustig windje, een beetje ruimig, maar soms ook wel net voldoende om binnen de wind de varen. En de engelina smeltekopen en de Maria liepen slechts een beetje uit. Het lijkt wel een vakantietochtje!
Het ij in zeilen ging ook prima, even met 4 man aan dek om alles te strijken en een beetje op te ruimen en dan op de motor door de sluizen en op naar Amsterdam! Over Amsterdam gaan was een gokje, want het zou krap worden of we de bruggen voor haarlem wel zouden halen voor 10 uur s avonds, en als we gestremd zouden liggen zou de kans op een roemrijke overwinning van minimaal naar een imaginair vervallen. Maar zo zouden we wel een groot deel kunnen zeilen, en met een beetje wind zou het te halen moeten kunnen zijn.
Amsterdam in! Nu begon het echte werk, niet meer lui zeilen maar bomen, jagen, trekken, duwen en prutsen. Super gaaf natuurlijk om ’s ochtends vroeg rond 7 uur amsterdam in te gaan en door de ontwakende stad te bomen. Mensen die dronken naar huis fietsten na een lange avond, of vol goede moed naar het werk vertrokken. En dit alles verstopt onder een dun laagje mist. We hadden ons redelijk voorbereid op dit gedeelte van de race en we hadden al een redelijk idee van waar we wel en niet konden jagen. Dat bleek zeker niet overbodig te zijn geweest want we zijn alsnog hier en daar de mist in gegaan, aan de verkeerde kant gaan jagen, gaan jagen voor een tekort stukje of niet gaan jagen waar het eventueel wel had gekund. Maar op zich denk ik dat we redelijk tevreden kunnen zijn. We boomden hard, jaagden hard en behalve dat we misschien hier en daar een klein kansje hebben laten lopen hebben we slechts een enkele fout gemaakt. Namelijk de werp-bol aan de jaaglijn laten hangen toen we deze weer aan boord gooiden. Natuurlijk bleef die ergens achter haken en moest losgesneden worden. Maar we hebben hem natuurlijk wel meegenomen, want je mag niets achterlaten! Als bonus wachtte de sluis aan het einde van Amsterdam op ons met schutten, wat ons weer gelijk bracht met de Engelina Smeltekop, die toch zeker een half uur eerder Amsterdam in mocht.
Na de sluis snel de mast omhoog en kijken of er wat te zeilen valt op de Nieuwe meer! De wind viel tegen maar was toch zeker wel aanwezig. Helaas werd de voorsprong die we hadden gekregen door snel de mast en zeilen te zetten teniet gedaan door de enorme lappen stof die de Engelina omhoog hees. Het is en blijft natuurlijk een racemachine! Al gauw kwamen we in de Haarlemmerringvaart, waar eigenlijk niet meer te zeilen viel, teveel luwte en te weinig wind. Goed voor ons om de Engelina weer in te halen, maar jammer voor onze energie, want we moesten gaan bomen. Iets waar we duidelijk beter getraind in waren, hoewel het leeftijdsverschil misschien ook een rol heeft gespeeld, want we waren de Engelina zo weer voor. Ook de aanmoediggingen van de wal waren in ons voordeel! Helaas was de Bosrandbrug in groot onderhoud, wat blijkbaar een reden was om hem met een te verwaarlozen snelheid te openen. Dus de Engelina had alle tijd om de hard verdiende voorsprong rustig in te bomen, jagen en roeien. Maar toch, wel weer spannend!
Na de brug tot de Westeinder plassen bleef het spannend, als we een stukje konden bomen of jagen haalden we hun in, als er wat meer wind kwam haalden ze ons in. Als we zo naast elkaar lagen met de zeilen aan loef en lij, moest er niemand anders op het idee komen om in te halen, want dat was gewoon geen ruimte voor. Het laatste stukje liepen ze toch wel snel uit, en we waren bang ze niet meer terug te zien. Tot op de kaag bleef het eigenlijk hetzelfde. Voor de wind, ruime wind, af en toe een boompje erin als we niet zo snel gingen dat je achter je boom aan moest rennen. De fokkeloet en de giek versperden het hele vaarwater, en als er iemand langs moest moesten we wat inhalen, of dichter langs de wal varen en goed op alle mastjes, bomen en lantarenpalen letten. Het enige treurige verhaal was de gescheurde halfwinder. Tijdens het aan wal zetten van een jaagploeg was ik niet oplettend genoeg om de schoot over een paal heen te wippen. De schoot bleef dus hangen en scheurde het zeil flink in. Eerst dachten we nog het te tapen zodat we het nog zouden kunnen gebruiken op de kaag, maar dat bleek toch te hoog gegrepen.
Vervolgens de Kaag op, door de Boerenbuurt, een klein vaarwatertje wat nauwelijks breed genoeg was om de giek goed buitenboord te houden. Natuurlijk was dat geen probleem voor een scheepje als dat van ons! De kleinste zijn heeft ook zo zijn voordelen. Op de kaag hebben we de genua van Joris zijn vader nog gezet, naast de fok, en dat stond eigenlijk ook best heel mooi! De heenweg langs ‘t Leede zodat we op de terugweg over het Joppe konden, dat was breder om te kruisen. Aanleggen in Warmond ging erg rustig, misschien iets te rustig, maar ach, op die seconden gingen we de wedstrijd niet verliezen, maar op ongelukken eventueel wel, dus dat is wel prima zo. Een uurtje rust was zeer welkom en we hebben er goed gebruik van gemaakt! Even het logboek bijwerken en opruimen, en verder lekker rustig een soepje eten, vragen hoe het de rest vergaat en naar de wc.
Een goed benutte werk, want nu begon het echte werk. We hadden in een snelle berekening bedacht dat de laatste brug waarschijnlijk niet menselijk haalbaar zou zijn. Maar het is een wedstrijd, dus een prima moment om het onmogelijke te realiseren. Uit mijn hoofd, het is waarschijnlijk anders, moesten we nog 18 km in 4 uur, een som die we minstens elk uur opnieuw hebben gemaakt om onze kansen in te schatten. Het is er helaas niet rooskleuriger van geworden. Een gemiddelde van rond de 2.5 knopen. Zonder een zuchtje wind en met een stuk opkruisen gevolgd door 13 kilometer bomen en jagen. Het zou mogelijk moeten kunnen zijn, dus we hebben er hard aan getrokken! Bij het afvaren en opkruisen was de Willem Jacob vlak achter ons. Een mooi gezicht natuurlijk met zonsondergang! De Engelina Smeltekop was echter al een half uur eerder vertrokken en buiten zicht. Kruisen zonder wind gaat natuurlijk tergend langzaam, zeker gezien onze haast, toch liep ze nog wel redelijk door het vlakke water.
Vervolgens bomen en jagen. Er valt niet zo veel over te zeggen. Over bootjes lopen of onder bruggen door bomen, verder valt er weinig over te vertellen. Ik had nog even valse hoop gezaaid omdat ik een brug te veel had geteld, maar helaas, het bleek toch een brug te ver. Dus de laatste kilometers toch maar iets rustiger gelopen. Waar we de Engelina trouwens nog tegen kwamen, die lagen langs de wal koffie te drinken en een korte pauze te houden. Wel een voldoening dat we ze weer zijn ingelopen op het stuk jagen en bomen. Hoewel we dachten dat ze besloten hadden daar te blijven voor de nacht, omdat zij ook niet onder de volgende brug door konden, bleek dat ze zich niet bewust waren van de stremming en zijn ze later naast ons komen liggen, waardoor we s ochtends weer precies gelijk begonnen. De benen waren toch al te moe om op te tillen. En dan lig je daarom 11 uur voor een dichte brug, tsja, dan maar slapen! Dat hebben we gedaan, met heel veel plezier.
Na een klein nachtje slapen en het einde al een beetje in zicht viel alles wel redelijk mee. Natuurlijk heeft iedereen nog wel last van een algemeen energie tekort, maar het viel eigenlijk nog wel mee. Nog een klein stukje bomen en jagen en dan Haarlem door. Eigenlijk ging dat wel goed allemaal. We zijn nog enorm vast komen te liggen toen we mensen aan de wal zetten om te gaan jagen. Heel flink vast want we kwamen er onmogelijk weg met 2 bomen op de kont. Maar voor de prijs van een natte broek van Bernard konden we toch loskomen. Het laatste stukje Haarlem kon gekruist worden, een welkome en leuke afwisseling na toch zeker 5 (?) uur bomen en jagen. Door de keersluis, weer een soepje, mast weer plat en we moesten alweer weg, nog voordat de soep afgekoeld was. Nog een klein eindje, 2 uur ongeveer, bomen, en dan zou het klaar zijn met de fysieke arbeid!
En weer het IJsselmeer over, dit keer kruisend en met een beetje meer wind. Een beetje navigatie, slapen, aan de wind zeilen en af en toe een overstag. De sluis bij Enkhuizen hebben we grondig aangepakt om niet op een willekeurige dam of verkeerde sluis te eindiggen. Wat absoluut geen overbodige luxe was aangezien, in elk geval in mijn ogen, elk lichtje of op de verkeerde plaats lag of op de verkeerde plaats stond aangegeven op de kaart. Nouja dat viel stiekem wel mee natuurlijk, maar het was wel goed dat we er de tijd voor hadden genomen. De sluis door en het Krabbegat uit kruisen. Nog maar een aantal mijl te gaan! De wind werd echter wel minder tot niets. Gelukkig had Joris nog een geheim voorraadje energie om ons door de windstilte te bomen! Waarna de wind oppeens weer flink aantrok en we het water bijna in het gangboord hadden staan. We verwachten dat de Engelina al wel gefinished zou zijn, het half uurtje voorsprong dat we met bloed zweet en tranen hadden gecreëerd met bomen jagen en kruisen tot het Noordzeekanaal hadden ze er immers al binnen een uurtje weer af gezeild, ze waren ons nog erg dicht gepasseerd ergens net buiten het IJ. Maar dat viel dus wel weer mee, want ze kwamen in de zeer vroege uurtjes donderdag oppeens uit de duisternis opdoemen. Halve wind en moeilijk hard zeilend. Het klassieke probleem van een racemachine; teveel zeil op te weinig schip. Ze kregen de enorme fok niet weg.. Het zou toch nog spannend worden!
Het sol was relatief snel gevonden, zeker gezien de lichtboei die niet werkte. De dwarspeiling naar de strekdam was zelfs perfect. Het sol zelf hadden we bedacht te gaan jagen, de wind was toch bijna tegen en de wind zeer miniem. Dus bij de steiger bij Reid aan wal gesprongen, of tegen de wal gesprongen, en toen met goede moed aan de laatste loodjes begonnen. Tot we over ons schouder keken en de Engelina met een prima snorretje het sol in zagen zeilen. Aan boord werd met ook wat zenuwachtig en is het zeil nog even bijgezet, wat verassend veel helpt, ook zonder wind. Gelukkig vielen ook de zeilen van de Engelina al snel in. Dus hebben we toch met een prima 20 minuten voorsprongen netjes 4ᵉ kunnen finishen! Hoger dan we hadden gehoopt.
Al met al een zeer geslaagde wedstrijd. Relatief ontspannen, weinig stress, alleen de halfwinder kapot gemaakt, goede keuzes gemaakt, geen ruzies, goede sfeer, mooie grappen en een prima resultaat! Volgend jaar weer, en dan nog beter, en zeker voor de recordtijd door Amsterdam.
Groetjes, Simon