25 en 26 september, een exclusief waddenweekend
Aan Boord: Eva, Jikke, Vivienne, Simon, Wesley en Coby
Vrijdagavond in de roef. De olielamp aan, regen tikt op het dekkleed en de kaarten van het wad verspreid over de tafel. Het getij is gunstig, maar de windvoorspelling vrij hard en uit de verkeerde hoek. Toch besloten we dat het wel kon en we maakten plannen voor een mooi droogvalplekje. ’s Avonds vol verwachting onder de wol gekropen en gedroomd over het zilte water, zeehonden en wadlopen.
Zaterdagochtend vroeg op en het schip zeilklaar gemaakt. Wel flink wat reven gelegd, want het waaide toch best hard (ongeveer 22 knopen). Aan het eind van it Soal zagen we de eerste golven woest om de hoek van het dijkje komen. En dat was alleen nog maar wat er over die zankbank heen kon komen. Toen we daar voorbij waren begon het pas echt. We moesten tegen de noorderwind in kruisen om bij de sluis bij Kornwerd te komen. Vriendschap hield zich kranig en deed haar best om van golftop naar golftop te scheren. Maar af en toe verdween het hele voordek toch in een golf en viel ik bijna van de luikenkap omdat het schip dan ineens stil lag. Het water kwam van alle kanten en de iedereen werd kletsnat. Het liep van boven onze schoenen in (waterdicht betekent helaas dat het water er niet in maar ook niet meer uit kan!) , kwam uit de lucht en het grootzeil looste af en toe het overtollige water van het rif in mijn kraag. Na een poosje zeilen bleken we eigenlijk nauwelijks vooruit te komen. We besloten wat af te vallen en naar de overkant van het IJsselmeer te zeilen. Daar waren nog wat onbekende haventjes te ontdekken en het vooruitzicht van een kop warme thee in een rustig haventje trok ieder wel aan. Helaas betekende dit dat het een weekeinde exclusief wad zou worden.
Na de lunch zijn we over de andere boeg teruggezeild richting Stavoren. Daar vlakbij zou het kleinste vissershaventje van Europa zich bevinden en dat klonk wel de moeite van het verkennen waard! Coby wist nog hoe we er ongeveer moesten komen en gelukkig was de wind iets geluwd en de golven veel minder ruig onder de hoge wal. Dus zeilden we met een mooi gangetje langs alle ondiepte tonnetjes op zoek naar de gele tonnetjes die aan moesten geven waar we richting de wal konden. Al prikkend met de pikhaak bleek dat het eigenlijk best diep was. Meestal twee meter, soms anderhalf. Het haventje was inderdaad best klein. We lagen er samen met een grote catamaran en daarmee was de kade eigenlijk wel vol. Het dorpje Laaxum zelf bestond uit drie huizen en een viskraam. En een bordje dat ons leerde dat Laaxum vroeger 20 staverse jollen had waarmee op bot gevist werd. De stamppot ‘s avonds was exclusief mosterd zout en spek, maar inclusief allerlei toppings naar keuze.
Zondag ochtend lag er een dikke mist over het IJsselmeer, maar bij wijze van uitzondering waaide er een mooi windje! Dus na het ontbijt gauw alle reven uit het zeil gehaald en van wal gestoken. Vanaf de kop van de haven was er nog geen enkel tonnetje te zien, maar al gauw doemde er een schaduw op uit de mist. En al turend en wijzend vonden we onze weg om de ondiepte heen. Eerst actief alle tonnetjes tellend om te weten waar we precies zaten, later gewoon comsumerend. Het bleek namelijk dat het aantal wit/rode tonnetjes op de kaart niet overeen kwam met die in de werkelijkheid.
Nabij Stavoren trok de mist aardig op maar zakte de wind in. We hebben nog een wedstrijdje gedaan met wat jachtjes en de Doeke wie het eerst door de windstiltes heen was. Maar langzaam gaf iedereen het op en startte de motor. De zondag verliep duidelijk exclusief wind.Rond Hindeloopen gingen we nog maar 0.5 knoop en liep de verwachte aankomsttijd steeds verder op in plaats van af. Uiteindelijk hebben ook wij de motor gestart voor het laatste stukje naar Workum.
Kortom, een heel exclusief weekeinde! We hebben lekker gezeild en wie weet volgende keer weer inclusief het wad?